Als de gitaar uit de doos komt (geen koffer!), heeft ze een zeer basic uitstraling. Geen onnodige frullen, wat meestal niet het geval is bij jazzy gitaren. Wat wel een gunstige invloed heeft op de uitstraling van de gitaar is de licht gewelfde top en achterkant. Verwacht geen rondingen zoals je die ziet bij custom shop-modellen, maar gewoon een ‘classy' accentje. Zowel de flanken, als de top- en backsides van de gitaar zijn maple. Dit is een zeer harde houtsoort die meestal ook gebruikt wordt voor de fabricatie van de hals, vooral omwille van de grote stabiliteit die deze houtsoort oplevert. Vreemd genoeg wordt er geen maple gebruikt in deze hals. Volgens de Ibanez-website opteert men hier voor de Artcore-hals, die uit mahogany blijkt te bestaan. Bovenop deze hals vinden we een rosewood-fingerboard, wat de standaard is op vele Ibanez- (en andere) modellen. In deze toets zijn, tussen de medium frets in, kamerbrede parelmoeren block-inlays geplaatst om de posities duidelijk te maken (en de gitaar weer wat extra klasse te bezorgen). Aan de zijkant van de hals vinden we de standaard positie-markers. Alle maten van de hals scoren binnen normale normen: niet te dun, niet te dik, niet te breed, niet te smal. De meeste gitaristen zouden redelijk snel met deze gitaar moeten kunnen ‘klikken'. Langs de zijkant van de toets vinden we een ivoorkleurige binding, die we ook langs de randen van de body aantreffen.
Een jazzgitaar als deze heeft natuurlijk iets meer ‘body' dan een standaard solidbody. Je moet dus ietsje verder reiken met je arm om de gitaar te kunnen omsluiten. Eenmaal je hier aan gewend bent, wat niet echt lang duurt, is er qua stabiliteit geen enkel probleem. Ook staand blijft de gitaar goed op z'n plaats zitten, als je ze tenminste niet te laag draagt. Met zo'n gitaar rond je nek zul je nu ook niet direct de neiging voelen om een Slash-imitatie neer te zetten. De straphouders zitten op de juiste plaats, en de enige vooruitgang die je nog zou kunnen boeken is de toevoeging van straplocks. Zoals gezegd liggen de controls redelijk ver naar achter ten opzichte van het plectrumhand. Viooleffectjes en andere trucjes vereisen dus behoorlijk wat kilometerwerk met de rechterhand! Maar ja, op dat gebied ben ik ook verwend met mijn stratocaster-manie. Deze gitaar is overigens ook niet bedoeld als effectenmachine ! Ze wordt geleverd met een set 0.010 snaren (volgens de handleiding), maar toen ik de snaren wisselde (ook naar een 0.010) leken de oude snaren toch wat lichter uit te vallen dan de nieuwe set. Misschien er wel even bijzeggen dat de gitaar word geleverd met een standaardset en niet met flatwounds (ofte geslepen snaren) zoals bij de meeste jazzy modellen het geval is. Akkoestisch gezien (zonder versterker) krijgen we daarom meteen een meer open klank, omwille van het extra aan hoge frequenties die deze standaard set produceert ten opzichte van flatwounds. Het algemene klankbeeld wordt nogal gedomineerd door het laagmidden, wat vooral blijkt tijdens het akkoordenwerk. Er is echter wel meer presence in de hogere frequenties dan we gewend zijn van semi-akkoestische jazzgitaren. Vooral op sololijntjes zingt de gitaar meer dan verwacht. En dan met de gitaar naar de versterker…
Nu mocht het lukken dat ik precies tijdens de testdagen een telefoontje kreeg om snel een stukje te komen inspelen in een studio. Waar het over ging ? Een begeleidend nummer uit een theatervoorstelling, met een Bossa-feel. ‘Het mag wat jazzy klinken.', gaat het aan de andere kant van de telefoon. De keuze was snel gemaakt : de Ibanez in een kist en maken dat ik weg ben. De opdrachtgever/producer had dus een afgelijnd klankbeeld in z'n hoofd en ik vermoedde dat deze gitaar daaraan zou moeten voldoen. Zowel de producer als de technicus van dienst waren tevreden over de klanken die deze Ibanez uit z'n doos toverde, al hebben zij al met heel wat duurdere instrumenten gewerkt. Nadat de begeleidingstrack live was ingespeeld met de rest van de band (contrabas, drums en percussie), was er nog een kleine solo nodig. ‘Probeer er maar op los !', ging het door de hoofdtelefoon. Na een take of 10 werden dan de beste solos eruit gekozen om op de definitieve versie te verschijnen. De eerste commentaar van de technicus (met scherpe oren) als ik terug de controlekamer binnenkom was: ‘Misschien moet je toch die intonatie eens even nakijken.' En dat is meteen het zwakste punt van de Ibanez : het brugsysteem, of toch tenminste het tekort aan uitleg hierover in de handleiding.
De hele Artcore reeks varieert in prijs van ongeveer 400,- tot 450,- Euro (adviesprijzen), met als voornaamste verschil dat de duurdere modellen zijn uitgerust met een tremolo. In deze prijsklasse zullen ze tot de instapmodellen behoren voor jazzgitaren, die omwille van hun bouwspecificaties toch altijd duurder uitvallen dan bijvoorbeeld een budget-stratocaster. Je krijgt echter wel waar voor je geld : vlot speelcomfort, goede akoestische klank en zeer bruikbare versterkte klanken.
Ibanez doet hier een serieuze stap weg van de rockgitaren, en dit is zeker geen slechte zaak. Het speelcomfort, de klank en de uitstraling van deze gitaar zijn haar grote pluspunten, en dit alles voor een zeer redelijke prijs. De hardware is erg degelijk en netjes aangebracht, buiten het constructiefoutje aan de slagplaat na (een detail). Het systeem van de floating bridge kan beter worden uitgelegd in de handleiding. Eenmaal dit echter overwonnen is, is het een zeer aangenaam instrument, met een erg stijlvolle en classy uitstraling.
Wat de losse slagplaat betreft, dit betreft helaas een exemplarische fout, maar wij zullen de gitaren extra controleren voor verzending naar de detaillist en erop toezien dat dit in de toekomst niet meer voorkomt.
PRO | CONTRA |